Bos

bomen blijven in oude lijven kijken
schudden bladerdek in ongeloof
blijf jij maar jakkeren en gaan mens
van niets naar nooit genoeg verdoofd

stilstaan geeft ruimte om te reiken
naar het rijke in al het ongezien
horen hoe licht kille harten warmt
je nietig en eenmalig mag bestaan

Zoek

ik was je kwijt, voorgoed verloren
alleen je haren op mijn jas
nog wat foto’s in de lades
je oude boeken in de kast

ik was je kwijt, kon je nog horen
hoe blij of boos je door mij was
bedenk me hoe kortgeleden
jij mij kon vinden op de tast

ik was je kwijt, het was jouw tijd
je hart vertikte zich zo plots
gooit het mijne vol met vragen
zoals laat ik jou ooit nog los

Nest

voel je nog hoe je naast mij zat
je warmde aan mijn veren
mij ook nodig had, nabij, ik er was altijd
weet je nog hoe we keken, samen
jij mij vroeg waaraan ik dacht
ik je vliegen zag op eigen kracht
vanaf de rand uit ons wankel nest
diep verscholen in de dichte heg
zag ik ook je tranen kruipen
van de twijfel, het onzeker
het was je lach, met het dapper
van je vleugelslag
waarop je stond

error: De inhoud is beschermd !!