Minderen

het zal niet meer zo schrijnen
minder veinzen van het blij
verfluiten van een nabij huilen
wegkijken bij vragen hoe het gaat

een sodemieter op zwijgen
indien dichtbij – dat rechte eind
pulkend aan de laffe rafels
of een pas gedroogde korst

ze mogen vaker binnen kijken
er lijkt gestoft, gezogen, gepoetst
ik lig gerangschikt over planken
op vergeelde vellen oud papier

Tijd

ze was slechts gedacht om te verklaren
deze plaats van hier op aarde
tussen wat al zoveel langer draaide
het om ons heen te vatten in het platte

ze sneed dagen los van nachten
en kneedde er seizoenen van
het leek zo mooi te kloppen
een schrikkel hier en daar gelaten

je kon het snijden
in kleine reepjes
proppen in blanco hokjes vrij
maar wat leeg is moet gevuld, geplukt

zo lopen we slaafs achter haar aan
aan het onzerwij voorbij

Snippers

zal er alleen maar het papier zijn
letters vol denken, dwalend
over paden weg te trappen stenen
nooit meer onderweg naar iets – thuis
daar willen wonen, sterven in de berm

stof happen – de hitte van verlang
koude vlagen over natte onderrug
bang hangen in de schaduw
naar je kijken hoe je lacht en zwijgt
zijn hand schalks pakt in het voorbij

error: De inhoud is beschermd !!