besta je wel genoeg vroeg ik mij af
ik liep door leeg land onder vol grijs
jou in mijn gedachten en vergat
ik vergat te kijken naar het weidse
te verblijven zonder het besef van tijden
besta ik wel genoeg vroeg ik mij af
beleef ik al mijn nu en hier
of ben ik alsmaar toen en daar
met jouw warm nog aan mijn hand
zo hard wensen dat je voor mij stond
bestaan we wel genoeg en wat is dat dan
waar bewaar je alle vol geleefde levens
wanneer is iemand toch echt vergeten
hoe weten we wie werkelijk zijn geweest
bestaan huist in de harten om ons heen
in datgene wat je iemand gaf
van zilte traan tot gulle lach of enkel luister
bestaan blijft alles wat je hebt gemaakt
schuilt bij een ieder die je hebt geraakt
door al het jou te durven zijn, zonder huiver
je bestaat uit hoe jij het leven hebt geleefd
en blijft bij wie dit immer zag en om je geeft
Categorie: Poëzie
Momenten
het zijn van die momenten dat ik vergeet
niet meer weet waar je woont, hoe je heet
het beeld mis van hoe je het met mij deed
weer met mijzelf alleen lijk opgescheept
ik verlang er wel eens naar – tevergeefs
Gemis
je laat je zien, wie bestaat
hoe je bekijkt en waar je gaat
ik weet nog hoe je smaakt
en begin mij af te vragen
hoe je nu wilt dat dit mij raakt
ik kan je missen ruiken haast
ik voel je midden op mijn naakt
vul mijn leeg met wat vergaat
voorbij dit dichtbij naast verlaten
Restjes
zou ik een hapje van je mogen
langdurig proeven van jouw zoet
zoals je hier voor mijn neus staat
ruikt al wat is aan jou zo goed
ik slenter langs je rauwe randen
lik lippen nat en warm de handen
neem alle tijd tot jij zegt stop
en eet dan ook al jouw restjes op
Kort
zo trots ik was toen ik je ineens zag
en weg was ik weer toen je mij las
het mag er niet zijn, je wilt het kwijt
dwalen in je hoofd, maar zonder mij
Wat als
we hebben veel teveel nog niet gedaan
om al dit teveel niet eens alsnog te doen
schuilen in de regen onder een afdak
dan naakt zwemmen bij volle maan
dansen op een foute coverband met
drie teveel op zodat je mij niet verstaat
midden in het restaurant lang zoenen
huilen hebben we wel genoeg gedaan
opstaan en aan een ruige zee ontbijten
een bergtop op en daar uren zwijgen
in de auto zingen alsof het echt is
alsof in de studio voor een platenbaas
onder een kleed lezen tot we gapen
de zon op zien komen of ondergaan
ruziemaken tot de lach verschijnt
een gedicht voordragen op de tafel
ziek zijn en dat je vlakbij me bent
met je sterven en tot stof vergaan
Even
als ik zit vaak, ineens je hand
de haren langs je nek en erboven
drijven wolken oude dromen
weg, weg ben je alweer
alsof we beiden dood zijn
maar van niets willen weten
stil zitten, wat lezen, verblijven
heb jij dat ook aan jouw kant
van onze plotselinge sterven
dat we zijn zoals voorheen?
Intenties
we zouden blijven, wij, hoe dan ook
tot je alleen nog al mijn schaduw zag
niet meer in maar om mij keek
het er te kil was om te zitten
en er woonde harde waarheid
waar jij zachte pleisters zocht
en je kon er niet in vluchten
alleen voor altijd verzwijgen
Staart
een hond voelt het
verraadt het met de staart
je bent lief of onbetrouwbaar
en dat blijft, wat je ook doet
zo was het ook met jou
toen ik je zag, las en sprak
daar zal ik alleen van houden
en dat blijft, wat je ook doet
Raad maar
Het is al hele vele jaren
na veel zuchten en jamaren
gepriel, geprak, gestuntel
getik, gedoe, gemompel
van rechts naar links
van nat naar droog
een hele dikke pil
en ellenlang betoog
urenlang gezeik
en veel gedonder
ik heb haar nog altijd
niet gevonden
mijn pijp kan naar Maarten
ik ga wel een potje kaarten