zo met het schuim
van een cappuccino
op mijn bovenlip
nog warm, zoetig
ik moet je laten
ben snel te dik
ik kan je niet laten
zal je huid zo ruiken
je lijkt zo romig
onder iets cacao
ik lik je op
veeg je af
met de palm
van klamme hand
Tag: lust
Vlug
ik luister naar de huiver
mijn wang op je buik
het is de stilte en
dan het zuchten
als ik even aan je ruik
het zoet van verlang
je draait je om
biedt mij je waken aan
het vuur, het ontbranden
we zweven voor we landen
verweven in het warme
van ons gelijk
Lust
zou ik een hapje van je mogen
langdurig proeven van jouw zoet
zoals je hier voor mijn neus staat
ruikt al wat is aan jou zo goed
ik slenter langs je rauwe randen
lik lippen nat en warm de handen
neem alle tijd tot jij zegt stop
en eet dan ook jouw restjes op
Spat
we zwierven door deze ruimte
draaiden alsof ineen verweven
in onderhuids verpakt verbleven
tot het spatte, kleefde, schuimde
even
Smeltend
wat konden we kijken lief
weet je nog, mijn strelen
je leek welhaast te smelten
als perenijs in de zon
of tussen lippen, langs je tong
ik bleef je bekijken als je zwom
dan golven spattend in je blik
je dreef nog toen ik weer begon
Meer
doe een onsje meer met jou
geef jouw duimendik belegen
ga mee dansen door de regen
laat mij verstijven in je nauw
pluk wilde dagen tot aan been
kluif ze af en spuug ze uit
ik lik jouw vingers tot besluit
sla jij al je altijd om ons heen
Aah
je dacht laat dat
nat van vannacht
zat van mijn hard
ik staakte de jacht
je lacht en praat wat
mijn zaad wacht, staat
paraat voor de daad
de lat prat en paraat
ik vrat je vacht vast
lijmde de pracht
je warme naad
vol boterzacht
Vlug
over mij gegleden kwam je
zo volmaakt tevreden glom je
en droop af, door lust gezonden
Haar
nu steeds die haren voor je ogen
mis ik wat zo verslinden kan
ze zich sluiten in mijn verwen
mijn geheel en al in zich opnemen
van de top dan tot bij mijn been
beademt, het mij ontneemt
het kloppend stijf bestrijkt
met heel je bovenlijf
bespeelt in kundig binnensmonds
krassen maakt op deze plaat
tot het zijn zilte ziel uitbraakt
en dan verstilt in slappe smoes
Was
je bent als bijenwas
nu je door mijn lagen krast
zo heerlijk ruikt naar alles
wat van ons beiden druipt
de tranen van de lust zojuist
schuilen stil en waakzaam in je navel
ik graaf mij lustig
door het daar
waar jij je dromen uit
je wild omsluit
in ons vergaan