ik zag sterren toen je schreef
over hoe ze vallen om ons heen
we samen staren door onszelf alleen
de nachten plukken tot aan eindig
![](https://krijgerij.nl/wp-content/uploads/2024/06/09A7C162-9413-4C1D-96E8-514A45A505B4.png)
ik zag sterren toen je schreef
over hoe ze vallen om ons heen
we samen staren door onszelf alleen
de nachten plukken tot aan eindig
het hier en nu is wat bestaat
spreekt de zon voordat ze gaat
zij kust mij vlug op mijn gelaat
ik steel snel haar laatste stralen
vlammen likken naar later
vreten aan wat is geweest
maken zwart wat was, groeide
schroeit, knapt, zucht, vergeeft
spuwt vonken hoog tot over
zo in het sluiten van vandaag
staart ze zomaar voor mij langs
zag het drogen op mijn wang
dit dwalen zonder waken
met het licht op al mijn vragen
steeds weer wakker in de nacht
het was het malen wat ze zag
voordat zij vluchtte in het gras
tussen vreemd en onverstaanbaar
zo begrepen, zomaar
ben jij de lach in de dag
die schittering in de lens
wat flets fleurig kleurt
nu de leeuwerik zijn deuntjes strooit
over laatste dekens vol vandaag
vandaag glibberde listig
als een aal door mijn hand
zo ineens van ochtend
naar vanavond
ik vertwijfeld aan de kant
daar druipend aanbeland
je glijdt weg in de verte
het laatste licht vaart mee
achter ons morgen aan
de nacht mag voor ons waken
sterren sterk tezamen laten staan
naast een versgebakken maan
een paar laatste zinnen
voor het slapen
omdat ik de zin niet heb
ondanks gapen
en mijn zinnen verzet
in leeg van lakens
droom ik mee op de zin
van zijn
verstopt in onuitgesproken dool ik
schop schamper stenen voor mij uit
zwijg mijzelf aan in lonkend donker
vervolg mijn lopen door onbewogen
de tak naast het blad brak zacht
sappig dras droeg vertraagde pas
tranen dwalen over vale jas
deze nacht behoeft geen ster
vloeit veel te fraai in duister