Zo was ik vandaag ineens bijna dood
Met 120 kilometer per uur nog wel
Ineens door een plensbui overvallen
En met een ongeval voor mijn neus
Mijn hersenen namen het over
Van mijn vrijdagmiddag gevoel
En stampten keihard op de rem
Pompende dan wel te verstaan
Vervolgens stuurden ze de auto
Rakelings langs een grote Audi
En een platgereden Porsche
Zigzaggend ontsnapte ik nipt
En het was droog in fel zonlicht
Twijfelend nog om te keren
Maar levensgevaar was daar
Langzaam op weg huiswaarts
In het uur wat nog moest gereden
Dankte ik de engel op mijn schouder
Ik was duidelijk nog niet aan de beurt
En mag nog op vakantie eerst
Maand: juli 2019
Krulfan
Krullen houden mij al jaren gevangen
Mijn blik trekt steevast naar ze toe
Terwijl ik ze probeer te volgen
Langs het gezicht van de draagster
Niet de te kroezige bos of flauwe slagen
Maar precies daartussenin gekruld
Bij voorkeur met her en der de magie
Van de pijpenkrul langs vrouwenhals
Waar deze aantrekkingskracht
Ooit is ontsproten in mijn brein
Is mij nog niet helder geworden
Maar ik ben content met deze kronkel
Puberen
13 jaar en op het vwo
Je draagt het sterk
Al zie ik je dubben
En innerlijk worstelen
Durf je lastig hulp te vragen
Want zelfstandig ben je
Je weet het zelf wel
Zo herkenbaar uit toen
Ik probeer naast je te staan
En aangehaakt
Beschikbaar zonder drammen
Liefde tonen en begrip
Jij komt er wel
Ik hou van je
Beste vriend
Mijn allerbeste vriend ben jij
Omdat je er altijd voor me bent
Ook al zien we elkaar te weinig
Ik weet dat je dichtbij zult zijn
Onze oude band blijft ijzersterk
Verbonden in totale acceptatie
Van elkaars zijn als mens
Lachend om onze imperfecties
Jij kent mijn diepste dalen
Mijn meest duistere gedachten
Hebt alles met mij meegemaakt
Maar stond altijd sterk naast me
Ik voel mij volledig begrepen
En enorm gewaardeerd als mens
Ik ben trots je beste vriend te zijn
En blij dat jij ook de mijne bent
Fietser
Op volle kracht stamp ik hier
De wind blaast zorgen weg
En al mijn drukke denken
In voorbije meters achterlatend
In volle vrijheid verken ik
Het leven wat voorbij zoeft
En wat op mij af komt
Na elke trap op mijn pedaal
Verbaasd zie ik sippe gezichten
Achter glas verstopt in auto’s
Of driehoog achter de geraniums
Terwijl mijn wielen de dag verslinden
Mijn fiets en ik racen door de stad
Of mijmeren slingerend door het park
Staan al dromend voor het stoplicht
Terwijl ik geniet van het uitzicht
Dochter
Wat was je klein en teer
Toen ik je mocht ontmoeten
En wat was ik apetrots
Op mijn mooie kleine meid
En hoe verbaas ik me nu
Hoe groot je al bent
Vol verlangen op pad
In je jonge tienerleven
Moet ik soms zo wennen nog
Aan hoeveel je al weet
Hoe je mij ineens verwonderd
Op weg naar je ware ik
Herken ik de schittering
In je bruingroene ogen
Die er ook vroeger al was
En die hoop ik altijd blijft
Een apetrotse vader
Nu iets meer op afstand
Maar altijd vol vertrouwen
En met een grote glimlach
Bierdicht
Teveel gedronken
Te lang gebleven
Ik blijf maar lonken
Maar onbegrepen
Ik ben beschonken
En zeer bedreven
Ik voel het vonken
Mijn handen beven
Waar is zij nu
Ineens gebleven?
Geschreven in de jaren 90
Keuzes
Mensenhandel
Hongersnood
Ontbossing
Oorlog
Vier misstanden
En een vraag
Wat gaan we er aan doen
Vandaag?
Geschreven in de jaren 90
Toekomst
Kleine vent
Of kleine meid
Als jij er bent
Over een hele tijd
Dan hoop ik
Dat er meer zal zijn
Dan deze kale wereld
Geschreven in de Jaren 90
Hartzeer
Graven in gedachten
Overal waar jij nog zit
Wordt de boel diep omgespit
Geschreven in de jaren 90