Daar zaten wat dichters te Vollin
ze hadden er een enorme zin in
wat hier altijd ontstaan
is nooit onder de maat
na een litertje pils aan het begin
Maand: maart 2021
LSD-effect
wie weet
weet jij nog
wat ik weet
van toen
hoe heet het
ook alweer
vergeten was
zoals hij
of zij
dat destijds
zo vaak deed
(B)angst
zal ik mijn denken ooit verliezen
in gezanik en gezever,
in het klagen en het oordeel
enkel dromen zonder leven
zal ik het lachen ooit verkwisten
slechts fronsend verongelijken,
in het dwaze donker staren,
zonder daglicht hier verblijven
zal ik de liefde ooit ontkennen
haar spiegelen in haat,
het lef, de hoop in alles op gaan geven
mijn zijn hier eenzaam achterlaten
zal ik woorden ooit nooit vinden
om op te schrijven hoe het mij vergaat
alleen nog triest eenmaal constateren
dat ware liefde niet bestaat
Dooien
winterwraak smelt verslagen
blaast haar aftocht
in diepe put
hoe zoet sneden koude vlagen
slaakt haar hartstocht
met gore prut
Lip
laat mij maar
hangen aan je lip
bungelen
vol onbegrip
verslingerd blijven
aan die ene krul
ineens verdwijnen
in een ogenblik
Blablabla
warm je loze woorden
tussen twee haakjes
waar ze niet hoorden
als alles waar was
Spijtig
vergeef mij al mijn wonden
lik ze in eeuwig zonde
ondergaande zondaar
spijtoptant grijst in zwart
verdwaasde meandertaler
zwerft door dit vooronder
waar talig touw stof hapt
verslonden door de tijd
Vast
we laten wij los
geven toe aan wat ons toekomt
wat zo smaakt naar meer
Ongeval
lappen van mijn mooie mij lagen vers verpakt in bloedrood los
in mij, om mij en aan mij, zoals zaterdagochtend, vers, in de vitrine van de keurslager
mijn lot plots in zijn grove handen
en ik bungelde
ongeduldig, onbeholpen, onbewogen, aan de rand van een troebel verstand waarachter welzeker levenseind lachend lag te loeren tot
ik besloot, met geduld en de kracht van liefde,
mijzelf te laten repareren
Zwijggraag
kom jij weer snel eens naast mij zwijgen,
in gedachten samen vogels kijken of naar kleine dingen die soms veel groter lijken, door ze met aandacht rustig te bekijken
kom jij weer eens naast mij lopen, ik had nog zo graag een keer in je jas gekropen, met een knuffel op snel weerziens hopen
gaan we nog eens samen eten, ik zal de pannenkoeken nooit vergeten, had nog zo graag met je aan tafel gezeten
springen we nog eens op de fiets, samen zwerven door het grote niets, gewoon verdwalen dat heeft ook wel iets
blijf je een beetje bij mij leven, af en toe, het hoeft steeds maar even, nog samen eens wat moois beleven, al is het slechts in mijn hart verbleven
kom je weer snel eens naast mij zwijgen?