de lente laat haar luwte los
laatste hagel lijkt versmolten, verslagen
verdraagt te lang verzwegen
gedragen boven een ijzig zijn
stralen haar vleugen ongekend
op zo meervoudig eigen zijn

Gedichten die jou raken waar het hoort
de lente laat haar luwte los
laatste hagel lijkt versmolten, verslagen
verdraagt te lang verzwegen
gedragen boven een ijzig zijn
stralen haar vleugen ongekend
op zo meervoudig eigen zijn
storm van water valt razend
op weg naar lager gelegen later
steenkoud, gesmolten vanuit
ooit vers gevallen vlokken
neem ook mijn twijfels mee
op uw reis naar diepe meren
laat ze vertraagd verdunnen
tot de resten van wat was
Vandaag heb ik je moeten laten gaan
Maandenlang was ik bang voor dit moment. Ik bleef wat uiteindelijk toch moest gebeuren alsmaar verder voor mij uitschuiven.
Jouw leven was echter zinloos daar in de kast en de hele situatie was uitzichtloos en troosteloos. De hoop opgegeven.
Je gaf jezelf met zoveel warmte en jouw passie paste naadloos bij de mijne.
Dit is voor jou waar het stopt
Vaarwel waarde vriend
op mijn ijzers
met groot gemak
gleed ik soepel
in een wak
Ik gedij liefst in het donker
altijd schaduw over mijn gezicht
voel een lentekriebel lonken
nu ik hier samen met jou dicht
stilte slijt haar lentelicht
met gedachten boven water
in lome uren voor de nacht
tot aan een aangenamer later
een prille deken licht
warmt mijn bleke ik
die hier in eenzaam zit
ziet hoe gras groeit
madelief met paardenbloem
vrijend op een bed van groen
lente kruipt onder gefluit
vanuit vergeten duister
besluipt mijn stille huiver
zuiver fluit nog zoveel buiten
buitelend over zomers zuiver
schreeuwen met de grootse ijver
tegen schemer die hen overvalt
winterwraak smelt verslagen
blaast haar aftocht
in diepe put
hoe zoet sneden koude vlagen
slaakt haar hartstocht
met gore prut
Stilwit rijpt de dag
neemt denken mee
met grijze ademwolken
vele vogelpijlen
wijzen zuidwaarts
onder luid protest
verpakt in lagen
kraken passen
mij huiswaarts