Teveel

voel jij jou ook soms

opgesloten in alle vrijheid van de hypotheek en wat er allemaal zo nodig moet nog tussen vandaag en eenzaam sterven, al het ongekende wat steeds dichter op je huid kruipt, zoals opengekrabde muggenbeten kunnen schrijnen en jeuken tegelijk tot aan bloedens toe

dat wanneer je alles nu vandaag niet plukt, vreet, ziet, weet, kust, streelt, hoort en speelt het straks eenvoudigweg te laat is, de tijd verspeeld, vergeven

je nog gebukt met de rollator strompelt met gemopper voor alles uit wat je spijt in plaats van glunderend achterom te kijken naar volmaakt voltooid tevreden

of voel jij je anders ook

Vraag

vertel mij nog eens over jou
wat laat je branden in de nacht
ineens janken van de lach
wat maakt dat dit je raakt

je laat bevriezen tot het kraakt
hoe leer ik je beter weten
wat kan ik beter vergeten
vertel mij hoe ik je beven laat

verstilde dagen vullen zich met tijd
alsof ze aftellen tot aan ontlijfd
zwijgen over dat wat rijpt, ondergronds
lavend aan dit leeg vol loze woorden

ze zuigen aan de stormen, het nabij
zoeken het ver waar dromen dromen
schuiven wat komt gestaag vooruit
want wat nu is was eerst – voor later

Zon

staren naar later over water zonder eind
een streep onder te hoge lat
daar drijven de nog uit te voeren taken
dwars door eventueel open te breken hypotheek

mitsen en maren troebelen kiezen voor later
boven je vliegen dromen hoog over nooit af
schreeuwen luid, vol huiver, naar even verderop
waar het schuimt en bruist, voelt naar thuis

Twijfelkont

heen en weer tussen hoop, vrees, hier
je hoofd loopt over gladde randen
kijkt omlaag, bang voor de val
naar het diepe niets, het onzeker

je weet wel beter, wat is geweest
en doet het toch, dat laffe brein
fnuikt wijzend richting onderbuik
legt hem aan de ankers, dobberend

zo aan dit touw vast voelt als houvast
ruikt naar tevreden, naar zeker weten
naar waar je bent en wie je was, zopas
los lonkt, vergaan in enkel leven

error: De inhoud is beschermd !!