Gevangen

Geboeid wilde ze leven
tot zij geketend bleek
Tranen volgden de vraag
hoe ze zich had laten verstrikken
in verstikkend verbonden zijn
Haar ik vrijwel verslonden,
verzwolgen in lijdzaam zwijgen
Ontkennen van eigenwaarde tot ze zich
door de laatste druppel liet bevrijden
Ontwarring en ontwaking
erkende de ontkenning van de drang naar vrij
Een ontwapende lach liet tanden stralen
in luide schaterlach
Grommend naar haar oude demonen
blijft ze herboren in eigenheid

Held

“Kunt u wel met één hand los fietsen meneer”,
sprak een jongen van hooguit een jaar of zes
mij voorbijfietsend in het donker

Ik bedacht mij geen seconde
en loog glashard tegen de knul met lef
“Dat kan bijna niemand!”

Met losse hand fietste hij stralend verder
en sprak bijna zingend:
“Ik wel!”

error: De inhoud is beschermd !!