Onbegonnen

de oude pony kruist haar pijnlijke blik
met een angstige en vermoeide mijne
uit het stof aan het einde van de verte verscheen
een overmacht woest getooide onbekenden

wat werden we klein ten overstaan van
tijd was wat er nu nog voor ons lag
tot aan een verzekerd eenzaam sterven

maar

niets bleek ooit zomaar opgegeven
onbegrepen keken ze hoe wij
met een opgeheven hoofd
nog even samen streden

met alles wat wij ooit samen waren
zouden wij hen een allerlaatste keer
moedig en onverschrokken in de ogen staren
een laatste adem eeuwig achterlaten

Ademloos

Achter mijn eigen denken aan
probeer ik vat te krijgen
op wat er leeft, in eigen mij
Ren ik mijzelf te vaak voorbij

Door open bloemenvelden
dicht gedoornde struiken
Langs woeste branding
waar de zon zo mooi verdwijnt

Door de stilste bossen
over de hoogste toppen
waar in verste vertes
wolken overdrijven

Vergeet ik juist hier stil te staan
blijf maar in gedachten rennen
naar verloren adem happen
achter mijn eigen leven aan

Inbussleutelen

Bus vol bouwpakket voor pa afgeleverd
met één stomme inbussleutel dus
en vele ronduit beledigende A-viertjes
vol domme schema’s alsof ik, ik!
dat niet zou snappen dus

Lekker draaien met dat kleine haakje
dondert tweeëntwintig keer op grond
dochterlief helpt, blijft gelukkig rustig
mijn grijze haren inmiddels wild dus

Na honderdvierendertig schroeven toe aan de pootjes
die volgens die klote papiertjes dus
ineens met vier! langere schroeven hadden gemoeten
dan alle andere honderdvierendertig dus

error: De inhoud is beschermd !!