Voorbij

jij bestaat voor mij
uit kleuren vol verlang
het zwart van de nacht
jouw nog donker soms
je angst en bevend bang

het wit in het licht
van je vrolijk vonken
in een helder blauw
over de zee van tijd
hoe jij traag de dagen
voor ons deint

de rode zoete gloed
op verbeten wang
het wild, jouw vuur, je weten

en ik – verzwolgen, jouw blik
diep grommend bruin
wellustig zwetend

dan drijft grijs
bij afscheid, ik wegrijd
jou in gouden schemer
van lange manen
gelaten achterlatend

weerspiegelt afscheid
kleurloos in warm nat

Bil

je draagt ze trots op je benen
en fier ook onder aan je rug
duwt ze hard tegen mijn buik
beglijdt me vurig heen en terug

je legt ze warm in mijn handen
terwijl je vragend naar me kijkt
en plaag ik ze met mijn tanden
dan smaken ze naar perenijs

Over

je draait je om na ontwaken, staat op
loopt door afgelopen uren gisteravond
in dit vandaag waar alles anders lijkt
zoveel teveel ineens te weinig blijkt

bouw ik koude muren om brozig mij
daar komt niemand meer aan voorbij
ik trek je splinters uit mijn warme hand
tot al, wat het al was, zal zijn verzand

error: De inhoud is beschermd !!