zij keek mij aan
met haar groots zijn
nietig kroop ik over witte kruin
gesloopt in lijkbleek buiten adem
bulderend hart raast binnenskamers
boven pijnlijk peinzen uit
de dood viel richting dal
naast de keuzes van de nacht
zij keek mij aan
met haar groots zijn
nietig kroop ik over witte kruin
gesloopt in lijkbleek buiten adem
bulderend hart raast binnenskamers
boven pijnlijk peinzen uit
de dood viel richting dal
naast de keuzes van de nacht