vragenvuur
je danst dapper dwars
door mijn lekke denkdak
stuitert in mijn volle mond rond
in kille doodse stilte immer ongestild
mijn lijf ijverig te blijven treiteren
stokstijf versteend staand tot
aandacht je dan toch maar
gaan laat, het antwoord
op vergeelde prop
in je kontzak