Dat gejij

zoals jij alleen jezelf kunt zijn
je lach tussen het wild waarop ik jaag
wil verslinden wat jouw onbevangen vraagt
het met je vluchten in jouw vrij, het enkel jij

laat mij jou grijpen tussen rijen tanden

tot jou begrijpen langs mijn wangen
in slechts de overgave overloopt
laat mij proeven van jouw zoet
van het bang en broos verlang

Lichtloos

alleen met mijn donker
zwelgend in van alles onder
wat smeult van binnenin
waar niemand komt nog

ik zo verdwaal soms
vergeten, vergeeld
verschrompeld
verdronken

daar denk ik vaak aan
wat maakt mij bijzonder
wie ziet dat wat er leeft
zo aan mijn schedel kleeft

zet felle lampen aan
en laat mij stralen
luister zonder huiver
tot aan voorbij voorbij

Dood

hij lag stil op schoot
mijn eindig – de dood
ik streelde broze haren
ze braken af
streek vingers over koude huid
het was te laat
gaten vielen gapend
maden vraten schrapend
ik rolde mij
in oude klamme lakens
zodat je het niet zag
straks
alleen mijn zijn zou weten
het levend, de hete adem
de lach na mijn verlegen

error: De inhoud is beschermd !!