je kunt er niet omheen of erlangs
alleen erdoor, erover, onderdoor
en dat nu, net bij te moe en al laat
de vlagen donker die laten waken
in cirkels zagen of fijntjes malen
ik kijk ze aan tot zij gaan slapen
laat ze bestaan en mij hard raken
dwars door mijn leegte graven
met hen erbij ben ik nooit alleen