in het voorbij sprak je over je ouders
hoe ze alles naar zichzelf goed spraken
in het voorbij nam jij mij mee
hoe de vakantie jou de rust niet bracht
in het voorbij deelde jij zomaar
over de toeslagenaffaire, het geld, de pijn
in het voorbij zag ik hoe je spijt had
van alle keren dat je bleef zitten op de bank
In het voorbij sprak je over scheiden
de twijfel voor jullie beiden, de nieuwe jij
in het voorbij vroeg je hoe het mij verging
en hoorde ik mij zeggen dat ik blij was
met al wat was – het nu dat voor mij lag
