hoe iemand je kleurt buiten de lijnen
in grijs en zwart, vol grof en grauw
wat blijk ik slecht te zijn voor jou
een prop in de hoek, de steen op je maag
ooit de pen waarmee je schreef zo graag
tot de punt brak op rimpelloze woorden
zwijg me neer, zweet me uit, vermoord me
jij was mijn meer waar ik jouw minder
tot aan stof versplinter – mettertijd